Mijn grootvader is van het allooi mens dat steeds roerloos en schijnbaar nors overal rondhangt, en dingen repareert. En waarvan je maar moet weten dat het geen vlieg kwaad doet en je graag ziet. Dat hij je graag ziet, merk je soms. Aan zijn kleine mopjes die niet gericht zijn aan een hele groep, maar aan jou. En aan de lach en knipoog die daarbij horen. Hij kijkt je niet vaak aan, grootva, maar als hij het doet, zou men met hem naar Mars willen. Grootmoe is lief en bitterzoet. Die woorden lijken voor haar uitgevonden.
Grootmoe en grootva zijn louter fictief.
We nemen plaats aan een tafel in een wegrestaurant. Ik, Eerste Persoon, ga in het midden van een zetelrij zitten. Grootmoe schuift aan langs de ene zijde, grootva langs de andere. Onze handen laten we op de verweerde kussens rusten. Ik voel me vijf. Zij twee zullen me elk om beurt voeden, zodat ze soms zelf een hap kunnen nemen.
“Wat zal het worden?” Een zwangere brunette stapt langszij en kijkt sip. Ik staar naar haar buik. Daarna naar haar borsten. Ik word niet opgewonden. Ik denk aan haar kind. Uit het assortiment hamburgers poog ik de meest betrouwbare hap te kiezen. Geen vis, kip, zeker geen sla. Ik zeg:
“Broodje mayonaise?”
“OK. En voor meneer en mevrouw?”
“Drie broodjes mayonaise graag.”
Mijn bord lijkt het prematuur kind van mevrouw Brunette. De mayonaise loopt als kaarsvet van het bord. Een prematuur kind lijkt op kaarsvet dat van een bord loopt.
Die dag gebeurde er verder niets.
Drie weken later had ik een afspraak met Tweede Persoon, en mijn gedachten gingen geheel naar hem toe.
We zouden samen moe worden. Eerst liepen we gearmd langs waterlopen en verstopten we ons voor elkaar achter gordijnen. Daarna hadden we een gesprek. Het gesprek ging als volgt:
“Aan sommige mensjes kan je reeds vroeg zien hoe ze er als veertigjarige huisvrouw of verlepte werkman zullen uitzien. De eerste trekken van een beneveld gezicht, maar dan zonder de rimpels en nog geen voorgetekende mascara. Het zijn zij die van die clichékoppels maken. Daar heb ik een hekel aan.”
“Ja, en het worden er elke seconde meer.”
“Zijn er eigenlijk andere dan clichékoppels?”
“Jij en ik?”
“Vast wel. Wat is een clichékoppel?”
“Als ik later een vette bonus krijg op het werk, ga ik daar geen zwembad mee plaatsen.”
“Wees zoet.”
Daarna besloten Eerste Persoon en Tweede Persoon samen moe te worden.
.....................................................................................................................................................................................................................................................................................................................................................................................................................................................................................................................................
dinsdag 11 augustus 2009
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
10 opmerkingen:
Nelson, schrijf jij die poëzie allemaal zelf? Ontsproten aan eigen dichters geest of valt het onder de noemer van imitatio?
een kleine bewonderaar,
greenbird
Hé hallo
Geen imitatio - is dat niet ietwat vanzelfsprekend?
Fijn dat ik een kleine bewonderaar heb. Dat had ik hélemaal niet zien aankomen. :)
Dankje
Nelson
Inderdaad een kleine bewonderaar. Had je dat misschien niet zien aankomen? Bescheidenheid troef...
Dus ontsproten aan eigen dichters geest? Ik had een stil vermoeden,
greenbird
Normaliter ligt het niet zo in 's mens aard reacties achter te laten denk ik, en zo dacht ik onbemind en ongelezen te zijn. Ongelezen alvast. In deze context past dat. Maar neen, gelezen. Door jou.
Dankjewel greenbird, ik hou van je.
Zeg nog eens wat.
Da-ag
Nelson
Nelson, niet langer ongelezen...
Het was me -wonderlijk- opgevallen dat nog niemand een reactie had gepost: time for change! Mijn stoute schoenen lagen echter onder een aanzienlijk laagje stof, dus drong het moment zich op om die mysterieuze blogger bij naam aan te spreken.
... en niet langer onbemind,
(door) greenbird
Ik luister naar Florence and the Machine.
Mis jij iemand?
Sorry dat ik je nek brak.
Mijn jongen bouwt kisten
Fijne nacht gewenst greenbird
Da-aaag x
De zondvloed verdronk mijn aureool echter!
Ik ben nog altijd in vrije val, dus op die gebroken nek zal je nog even moeten wachten, Nelson.De destreffende schuld heeft nog geen slachtoffer aangeduid...
slaap zacht en niet te vergeten: droom zoet
x,
greenbird
Hoi greenbird, wie wast uw kledij?
Ik ben thuis nu. Ik ga ook wassen.
Rustig maar
x
Da-ag
Nelson
Hallo Nelson,
Niemand minder dan de vrouw die mij het leven schonk, wast mijn kleding. Zij kent immers de kneepjes van het vak en dan heb ik natuurlijk over de bediening van die witte machine met ettelijke knoppen...
Wat heeft je in de greep, waaraan ontsnappen onmogelijk is?
Klaas vaak lonkt en ik wil hem niet langer het plezier ontnemen.
Adieu,
x
greenbird
tijd tikte niet langer naar toekomst
het moment zoog de blik op met
aandachtigheid
oranje en blauw bleven achter
aangedikt met
de onwetendheid
van het naakte besef
dat de boer op zijn veld
ook mijn pad heeft gekruist
alleen de herinnering keek naar het verleden
X, tot onze volgende ontmoeting
greenbird
Een reactie posten